studenten in de stad
Interview

Tips om switchen en uitval van studenten te voorkomen

Ruim een op de drie studenten switcht of valt uit in het hoger onderwijs. Kunnen hogescholen en universiteiten daar iets aan veranderen?

Ruim een op de drie studenten switcht of valt uit in het hoger onderwijs (OCW, 2020*). Kunnen hogescholen en universiteiten daar iets aan veranderen? Twee studiekeuzeadviseurs delen hun ervaringen. Lees het interview met Marja Zuiderwijk van Hogeschool Utrecht en Gineke Boven van de Wageningen University & Research.

Waarom is uitval een probleem?

Niemand stopt voor z'n lol met een opleiding. Met bepaalde verwachtingen starten eerstejaars met een nieuwe opleiding. Wat als het dan toch niet blijkt te passen? Voor deze eerstejaars is dit geen prettige ervaring en mogelijk schaadt het hun vertrouwen in hun eigen kunnen. Tegelijkertijd is het doel van hogescholen en universiteiten ook om studenten op de juiste plek te krijgen en om uitval dus te voorkomen. Belangrijkste redenen hiervoor zijn de kwaliteit van het onderwijs en ook de bijkomende kosten spelen natuurlijk een rol.

Wat zijn belangrijke redenen voor studenten om te switchen of te stoppen?

Marja (HU): Scholieren oriënteren zich niet goed, bijvoorbeeld omdat ze te druk zijn met hun examen halen, hun sociale ontwikkeling en hobby’s. Ze moeten nog ontdekken wie ze zijn en daarom weten ze vaak niet hoe ze zich goed moeten oriënteren. Ook hebben ze niet altijd geleerd hoe ze moeten kiezen. Wij denken vaak ten onrechte dat we keuzes maken door kennis, maar we doen dat vooral door ervaringen. Bij jongeren zijn die nog beperkt. Daarom is het zo belangrijk dat ze naar verschillende voorlichtingsdagen gaan.

Gineke (WUR): Wij zien vwo’ers, die met weinig tot niets doen toch zesjes haalden op de middelbare school en bij ons uitvallen of switchen omdat ze niet hebben geleerd hoe ze moeten studeren. We lopen ook tegen vooroordelen aan: vwo’ers vinden doorgaans dat ze naar het wo moeten, terwijl dit niet altijd het meest passend is. Of ze denken dat ze een studie moeten kiezen gerelateerd aan hun profiel, terwijl ze iets anders misschien we veel leuker vinden.

Marja: Bij LOB hoort het proces van jezelf leren kennen, leren kiezen en daarover mogen twijfelen

Wat gaat er mis als ze eenmaal studeren?

Marja (HU): Vaak voldoet de studie niet aan hun verwachtingen of ze kiezen een studie op verkeerde gronden. Zo is een studie als Economie totaal anders dan het schoolvak. Jezelf kennen is belangrijk om erachter te komen wat je zoekt. Soms kiezen jongeren voor Verpleegkunde omdat ze graag met mensen willen werken, maar komen ze er tijdens hun studie achter dat een zorgende rol niets voor ze is. Een studie kan ook gewoon te moeilijk zijn. Of ze lopen vast omdat ze nog moeten wennen aan zelfstandig studeren, geen hulp vragen en geen gebruik maken van de begeleiding die we daarvoor juist hebben.

Gineke (WUR): Wij merken dat de eerste onvoldoende vaak voor een schrikmoment zorgt. Dan proberen we in gesprek te komen en hen verder te begeleiden. Wij stimuleren vanaf het begin een bepaalde mindset: jij bent de regisseur van je eigen studie. Tijdens de introductie krijgen studenten al mee hoe zij actief bijdragen aan goed onderwijs.

Helpt de studiekeuzecheck studenten voor de juiste studie te kiezen?

Marja (HU): De studiekeuzecheck zou een reality-check moeten zijn en een adequaat beeld moeten geven van de studie. Is het praktijkgericht of juist theoretisch? Wat zijn de struikelvakken? Toekomstige studenten hebben soms een verkeerd beeld van de studiekeuzecheck. Ze vragen hoe ze zich kunnen voorbereiden en zijn opgelucht dat ze zijn toegelaten. ‘Ik heb het gehaald; ik ben geschikt’. Maar het idee is juist dat dat zij ervaren of de studie bij hen past en overeenkomt met hun verwachtingen. Een eenduidiger beeld aan beide kanten zou beter zijn.

Gineke (WUR): De studiekeuzecheck is er om te laten zien waar studenten op vastlopen. Bijvoorbeeld dat je naast inhoudelijke vakken ook wiskunde, logistiek en statistiek krijgt en dat vanaf het tweede jaar de hele studie in het Engels is. Weet waar je aan begint. Vaak is de matching een goed begin: als ze later in het jaar een onvoldoende voor wiskunde halen, herinneren ze zich dat we dit al hebben benoemd. De stap om hulp te vragen wordt zo kleiner.

Werkt het bindend studieadvies om switchen en uitval te voorkomen?

Marja (HU): Voor sommige studenten is het bindend studieadvies (BSA) een hulpmiddel om erachter te komen dat ze niet op de juiste plek zitten. Voor anderen leidt het juist tot veel extra stress. In de eerste periode moeten ze soms nog wennen aan een meer zelfstandige manier van studeren. Halen ze de eerste periode slechte cijfers, dan kan het lastig zijn de achterstand in te lopen. Het kan dus, maar als opleiding moet je dat goed begeleiden. Het is belangrijk dat je van het begin af aan je studenten goed volgt en met ze in gesprek bent.

Gineke (WUR): Het werkt, mits je niet te hoog inzet. Bij ons moeten studenten 36 punten halen van de 60. Door corona zijn dat er dit jaar 30. Als je dat niet haalt is er serieus iets aan de hand. We willen de studenten eruit vissen die die hun hoofd in het zand steken en blijven doorstuderen terwijl het niet goed gaat. We vragen bijvoorbeeld: hoe pak je de studie aan? Wat kun je verbeteren? Wat heb je nodig? Dan blijkt ook dat sommigen niet op hun plek zitten. Daarover gaan we dan in gesprek.

Wat werkt vóór de poort om studenten binnenboord te houden?

Marja (HU): Meer professionele begeleiding voor scholieren die het lastig vinden een keuze te maken. De begeleiding en invulling van LOB verschilt per school. Mentoren doen dit er vaak bij, naast hun andere taken. Bij LOB hoort het proces van ervaringen opdoen, jezelf leren kennen, leren kiezen en daarover mogen twijfelen. Ik zou graag lessen ‘keuzevaardigheden’ standaard willen meegeven aan jongeren en daarin een brug slaan tussen het middelbaar en hoger onderwijs. Dan krijgen we grip op verkeerde verwachtingen, keuzestress en verkeerde ideeën over studies.

Gineke (WUR): Het hoger onderwijs kan nog beter samenwerken met middelbare scholen. Wij werken met een oudervoorlichter, omdat de rol van ouders belangrijk in het studiekeuzeproces. Ook geven we gastlessen op middelbare scholen over onze opleiding. Tijdens meeloopdagen spelen studenten een grote rol in de uitleg aan scholieren. Hierbij proberen we de vraag centraal te stellen: “Is dit een passende opleiding voor jou?”

Gineke: Zorg dat studenten vanaf het begin weten waar zij terecht kunnen met uiteenlopende vragen

Wat werkt na de poort om studenten binnenboord te houden?

Marja (HU): Mijn ervaring is dat zij niet voor niets switchen of stoppen. Sommige studenten zitten echt niet op hun plek. Deze ervaringen helpen studenten zich thuis te laten voelen:

  • Goede begeleiding binnen de opleidingen.
    Niet alle studenten vinden meteen hun weg. Leid docenten op om begeleidingsgesprekken te voeren. Docenten zijn vaak experts in hun vak, maar niet elke docent heeft ook meteen de juiste gespreksvaardigheden. Soms verliezen studenten hun motivatie doordat ze zich niet gezien of gehoord voelen. Een gesprek over hoe het met je gaat of waar je tegenaan loopt, kan al wonderen doen.
  • Laagdrempelig contact met je studenten.
    Bespreek twijfel ook tussendoor. Studenten kunnen bij ons een online quickscan doen als zij zich nog niet helemaal op hun plek voelen. Daarna kunnen ze in gesprek met hun studieloopbaanbegeleider of met ons als studiekeuzeadviseurs.
  • Zorg voor voldoende ondersteuning.
    Als duidelijk is wat een student nodig heeft om zich op zijn plek te voelen, zorg dan voor begeleiding. Wij hebben diverse trainingen en supportgroepen waarin je met een buddy je week plant en bespreekt. En bij ons team Keuzeadvies krijgen ze hulp als ze van studie willen veranderen.
  • Aandacht voor persoonlijke ontwikkeling
    Wij hebben workshops als ‘Check, zit je op je plek?’ en de workshop ‘Studiekeuze’ voor heroriëntatie op je studie, waarbij we studenten begeleiden om hun kwaliteiten, drijfveren, interesses en waarden in kaart te brengen. Daarnaast bieden we trainingen aan op het gebied van leren studeren, omgaan met stress en gezond leven.

Gineke (WUR):

  • Besteed aandacht aan de studiehouding.
    Vanaf het begin besteden wij aandacht aan de studiehouding van studenten. Zij krijgen bijvoorbeeld een masterclass waarin zij leren hoe ze een grow mindset kunnen ontwikkelen in plaats van een fixed mindset. De essentie: weet waarmee je bezig bent, waar je trots op bent, kijk wat jij nodig hebt en vraag daar hulp en advies bij.
  • Voer gesprekken met studenten.
    Studieadviseurs gaan op verschillende momenten in gesprek met eerstejaars over hoe het gaat en waar eventuele moeilijkheden zitten. Wees een detective naar je eigen studiehouding, is ons devies.
  • Maak duidelijke afspraken.
    De basis van onze opleidingen is: wil je met ons samenwerken? Niet dat wij jou koste wat kost willen behouden.
  • Maak studenten zelfredzaam.
    Studenten weten vanaf het begin waar zij terecht kunnen met uiteenlopende vragen. Variërend van waar staat de kleurenprinter tot is dit wel de juiste studie voor mij. Dit doen we om hen zelfredzaam te maken.

Hebben jullie nog andere tips voor hogescholen en universiteiten?

Marja (HU): De opleiding moet een plek zijn waar studenten zich thuis voelen. Dat ze weten bij wie ze terecht kunnen voor studiezaken, maar ook met vragen over persoonlijke kwesties die hun studie beïnvloeden. Vaak is voor studenten een opluchting te merken dat ze niet de enigen zijn die worstelen met zaken als financiële problemen, fysieke of mentale beperkingen, twijfels over hun studiekeuze. Het gaat er niet om dat we dit allemaal binnen het onderwijs moeten oplossen. Dat het er mag zijn en besproken wordt, biedt al ruimte aan studenten. Leren en studeren begint met je veilig voelen en op je plek zijn.

Gineke (WUR):

  • Zorg voor betrokken studenten: zij zijn gemotiveerder en willen zich sneller inzetten voor anderen.
  • Geef studenten het gevoel dat ze worden gezien, bijvoorbeeld door als docent makkelijk toegankelijk te zijn.
  • We zijn vaak geneigd zaken te negatief te benaderen. We vinden het normaal dat iemand zijn achterstand inloopt, maar het is een kleine moeite en zeer motiverend om dit op te merken en daar iets aardigs over te zeggen.
  • Creëer een mindset waarin we samen werken aan goed onderwijs, waar studenten met plezier werken en dat tot goede afgestudeerden leidt.

Tot slot

Om ervoor te zorgen dat minder jongeren switchen en uitvallen, denken wij dat het belangrijk is dat er meer aandacht komt voor het keuzeproces op middelbare scholen al dan niet in samenwerking met het hoger onderwijs. Wat iemand gaat studeren is een belangrijke keuze in het leven van soms nog heel jonge scholieren. Eenmaal in het hoger onderwijs floreren de meeste studenten door een mix van aandacht en begeleiding.

*Tweede Kamerbrief van OCW (8 oktober 2020). Betreft Toegankelijk hoger onderwijs: selectie en beleidsreactie Monitor beleidsmaatregelen 2019-2020 (p.9)